Hoofdstuk 9

 

Kevin Morris zat in het vliegtuig naar huis en maakte zich ernstig zorgen over zijn losgeslagen broers. Dylan en Dean waren niet de geduldigste mannen en wilden in de haast nog wel eens vergeten dat er ook nog zoiets als politie bestond. Of ze trokken zich er niets van aan, dat kon natuurlijk ook.

Ze maakten er met enige regelmaat een complete wild west show van, met auto’s waaruit geschoten werd en bomaanslagen. Hij wist vrijwel zeker dat zijn broers al op de radar van de politie waren, maar hij hoopte dat ze hem niet kende. Ook al was hij niet het brein achter de vrouwenhandel, samen met zijn compagnon uit de Verenigde Staten. Dat was iemand die De Man genoemd werd, hij wilde geen aanvaring met die man hebben. Hij had veel macht en liet weinig ruimte voor fouten.

Ronald Brown was een kink in de kabel aan het oplossen ergens in Amerika. Hij wist niet waarom, maar had al een poosje niets van hem gehoord.

Zorgen, zorgen, niets dan zorgen.

 

Morris opende de cel om Bo nog es lekker te pesten. Net als vroeger, dacht hij grinnikend. Goeie oude tijd.

Hij liep naar het matras en sleurde haar overeind. Meghan kroop snel achteruit met haar rug tegen de muur. Ze sloeg haar handen voor haar ogen.

Bo hield zich nog steeds slap. Dylan schudde haar eens stevig door elkaar. Bo strekte haar benen en haalde uit met haar elleboog. Deze keer hield ze niet in, zoals met het trainen, maar ze haalde uit, zo hard ze kon. Ze mikte op een zenuwknoop in zijn borst en raakte de plek met precisie. Drake zou trots op haar geweest zijn.

Nu niet aan Drake denken.

De reactie van Dylan overtrof haar stoutste verwachting. Hij stortte als een blok neer en haalde nauwelijks adem. Hij liep blauw aan.

Ze pakte zijn sleutelbos af, trok Meghan overeind en uit de cel en sloot de deur af.

Eén neer, nog een paar te gaan.

Er waren verder geen mannen meer in het cellenblok. Ze luisterde aan de deur en hoorde gerinkel van servies. Ach etenstijd, das een goeie afleiding.

Ze deed heel voorzichtig de deur open en gluurde om het hoekje. Vier man zaten aan een tafel lekker te eten. Ze vertelden schuine moppen en lachten hard.

Heel zachtjes deed ze de deur weer dicht.

Ze maakte alle cellen open, behalve die van Dylan. Hij leek alweer wat meer adem te hebben en was niet meer zo blauw. Jammer.

Er was geen uitgang in wat leek op een kelder. Geen ramen en massieve betonnen muren.

Bo kreeg een idee en overlegde met Meghan, zou het mogelijk zijn om ze te lokken?

Het liefst één voor één.

De andere vrouwen bewapende zich zo goed mogelijk, met wat er maar voor handen was. Ze hadden Bo in actie gezien en hadden daardoor weer hoop gekregen.

Als ze vrij wilden zijn, dan zouden ze daar zelf voor moeten vechten.

Zelfs de kinderen liepen met iets rond.

Meghan riep naar de bewakers. Ze gilde en sloeg met iets tegen de tralies. Een van de mannen stond geïrriteerd op en liep het cellenblok in. Bo viel van achter aan en lanceerde zich op zijn rug en maakte van het momentum gebruik om haar scherpe elleboog in een zenuwknoop op zijn rug te boren. Zijn benen verslapten en hij sloeg als een blok voorover en landde zwaar op zijn gezicht. Zijn licht was meteen uit.

De vrouwen sleepten hem met vereende krachten een cel in en sloten hem op.

Dylan had nog steeds niet genoeg adem om te gaan roepen, maar dat zou niet lang meer duren.

‘Nu heel hard lachen’ fluisterde Bo.

Meghan begon te schateren en klonk zo smakelijk dat een paar vrouwen begonnen mee te lachen. Het was een vreemd gezicht een lachende Meghan met haar gezwollen gezicht.

Een man kwam pissig het cellenblok in en brulde

‘Wat valt hier te lachen?’

‘Nou, dit’ zei Bo en knalde haar elleboog weer in dezelfde zenuwknoop in zijn rug, als die zijn kameraad geveld had. Het effect beviel haar wel.

Ook zijn benen begaven het, maar hij viel niet zo hard als zijn vriend. Hij brulde van schrik.

Bo sloeg hem met zijn hoofd op de betonnen vloer en hij was stil.

Maar niet voordat hij de twee anderen had gealarmeerd. Ze stormden het cellenblok in en de voorste struikelde over man nummer twee. Hij dook voorover tegen de tralies aan en viel schuin weg op de grond. Meteen werd hij besprongen door twee vrouwen die hem met zijn hoofd tegen de grond beukten. Hij spartelde hulpeloos met zijn benen. Een van de vrouwen hield zijn oor vast voor betere grip.

Dat vond de andere vrouw een goed idee en pakte zijn andere oor en in de beste samenwerking gingen ze verder met beuken totdat hij stil lag.

Ze lachten tevreden naar elkaar.

Bo had het aan de stok met nummer vier. Hij had kans gezien om op tijd te remmen. Hij greep Bo bij haar arm en bij haar vlecht.

Ze was op dat moment zo dankbaar dat ze samen met Drake een verdediging had uit gepuzzeld tegen precies zo’n aanval. En ze hadden eindeloos geoefend.

Ze ging soepel mee in zijn beweging en gebruikte het momentum en de steun van zijn arm om zich omhoog te werpen en lenig op zijn schouder te landen. Verrast had hij haar arm losgelaten, maar haar vlecht had hij nog vast. Dat gaf haar de stabiliteit om een elleboog vol in zijn onbeschermde nek te zetten en met kracht zijn halsslagader dicht te drukken. Hij zakte met een zucht in elkaar en liet haar vlecht los. Bo stond op en sloeg heel stoer het stof van haar handen en slaakte daarna een beverige zucht. Haar hart klopte in haar keel.

‘Laten we dit zootje eens even opsluiten,’

Zei ze een beetje ontdaan dat haar plan nog gewerkt had ook.

‘Mevrouw’ zei een van de vrouwen in het cellenblok ‘U bent een inspiratie.’

 

Bo besloot alleen verder af te rekenen met haar andere verrotte stiefbroer en eventueel Levi, al moest ze Meghan beloven dat als, ze Levi tegen kwam ze ook een stuk voor haar zou bewaren. Bo beloofde dat graag.

De vrouwen barricadeerden het cellenblok nadat Bo naar buiten was geslopen.

Ze liep langzaam over de verdieping en speurde naar camera's. Ze zag niets, vreemd.

Of slordig? Ze was gewend geraakt aan de constante camera bewaking van safe Haven.

Maar nu kwam het wel goed uit. Ze had snode plannen en had geen toeschouwers nodig.

Ze sloop nog een beetje verder, maar kwam niemand tegen. Ze belandde aan wat de voorkant van het gebouw leek.

Daar was Dean Morris aan het praten met een man in een zwarte personenbus.

Ik geloof dat we bijna weg gebracht worden, dat moet ik tegen houden, zei ze tegen zich zelf. Ze had geen flauw idee wat ze aan het doen was, behalve dat ze zoveel mogelijk mannen, zoveel mogelijk pijn wilden doen.

Waarschijnlijk hadden ze Drake vermoord en dat pikte ze niet. Een steek van verdriet scheurde door haar borst, met enig geweld drukte ze het weg, Niet nu, niet hier.

Ze gluurde naar buiten, een broer daar en nog één in Amerika of onderweg.

Hoeveel bewakers van die chauffeur en hoeveel van Morris. En Levi? Was hij hier ook? Wilde hij nog zijn vrouw uitwuiven of viel erbij haar ook nog wat papieren in orde te maken?

Ze kon zich niet herinneren hoe gefortuneerd Meghan precies was. Ze had zich daar nooit voor geïnteresseerd.

Ze sloop weer naar binnen en controleerde kamer voor kamer.

In één kamer lagen vier mannen te slapen in stapelbedden, ze snurkten om het hardst.

Ze deed zachtjes de deur weer dicht, zocht de sleutel in Dylans sleutelbos en deed de deur op slot. Daarna brak ze de sleutel af in het slot. Ze ging het de mannen niet gemakkelijk maken. Voorzichtig ging ze weer verder met haar inspectierondje.

Jammer genoeg vond ze niet nog meer slapende wachten, maar nog wel een kamer waar ze zaten te kaarten. Ze opende niet eens de deur, maar deed meteen de deur op slot en brak de sleutel. De mannen maakten zoveel lawaai, dat ze het niet hoorden.

Wat niet weet, wat niet deert, dacht ze en ze sloop verder.

Schijnbaar zit ik hier op de begane grond en geen kelder. Mm, vier man in het cellenblok, vier man hebben vrij en vier man slapen. Dat is de dienst klokje rond voor de cellen. Nog meer?

Ze liep weer voorzichtig verder. Alleen maar een lege gang en lege kantoren. In de kantoren was niets te vinden. Niet eens een telefoon.

Ze hoorde een vrouwenstem zeuren.

‘Schatje, je gaat toch niet naar je vervelende ex kijken? Kijk liever naar mij, ik zal je zo verwennen’

Ze bromde achterin haar keel.

Bo wilde echt niet weten wat ze daar aan het doen waren, aan de andere kant, ze zaten nu niet op te letten, toch? Behoorlijk afgeleid, zeg maar.

Ze sloop de kamer in.

Ze was in een soort huiskamer gekomen, er stond een bankstel met twee grote fauteuils er een salontafel. Tafels langs de muren en een grote tv.

Haar oog viel op het lelijkste beeld wat ze ooit gezien had.

Een paard van brons, met een zwaar lijf en extreem dunne pootjes en de meest domme uitdrukking op zijn gezicht

Ze pakte het bij de buik, het lag beter in de hand dan verwacht.

Ze liep zachtjes verder.

Inderdaad, enorm afgeleid, ze lachte inwendig, ze sloop dichterbij. De vrouw met de zeurstem bleek platinablond krullend haar te hebben.

Dat was het enigste wat Bo van haar kon zien. Ze was druk bezig in het kruis van Levi. Hij zat met zijn hoofd voorover gebogen en keek naar haar. Hij had zijn handen in het blonde haar.

Bo haalde uit en sloeg Levi op zijn hoofd, vlak achter zijn oor. Hij zuchtte luid en verslapte. De vrouw in zijn schoot had niets door, totdat alles verslapte. Ze keek verbaasd op om een beeld van een heel lelijk paard op zich af te zien komen. Ze opende haar mond om te gillen, maar ze was te laat. Het beeld raakte haar met een doffe klap en ze was voorlopig in dromenland met haar hoofd in de schoot van Levi. Bo bedacht of ze de vrouw nog zou verplaatsen, ze lagen er zo pornografisch bij.

Nah, dacht ze, lekker laten liggen.

Bo sloop weer verder. Nog drie te gaan waar ik van weet, dacht ze.

Ze had het paard meegenomen. Ze gluurde uit het raam en zag de mannen nog steeds buiten staan. Ze leken het ergens behoorlijk over oneens te zijn.

Ze stonden nog steeds buiten, wat nu? En hoeveel waren er nog binnen. Ze was nog niet overal geweest. Ze keek of er een telefoon was, maar nee, zoveel mazzel had ze niet.

Ze gluurde in een andere ruimte, dat leek op een kantoor. Ook geen telefoon. Hoeveel geluk zou ze nog hebben?

Ze kon beter opzoek gaan naar een andere uitgang. Ze liep terug naar de achterkant van het gebouw in de hoop dat daar een uitgang zou zijn, dan konden de vrouwen en kinderen misschien daar langs. Ze vond niets, ze dwaalde verder.

 

Drake zou weer in orde komen, nu ze wisten welke drugs hij ingespoten had gekregen.

Hij knapte zienderogen op en Dave besloot achter Bo aan te gaan.

Drake ging uit zijn plaat en ze moesten hem aan zijn bed vastbinden totdat Dave hem vertelde dat Luke en Boris het pand in het oog hield waar Bo zou moeten zijn.

Allebei de trackers waren daar nog steeds. Dus het werd tijd.

Phil had nog extra hulp geregeld in de vorm van een aantal politieagenten speciaal uitgezocht door een vriendje van een vriendje. Om precies te zijn een Britse vriend van de FBI agent Sam Collins. De agenten zouden daardoor betrouwbaar moeten zijn.

Ghost had geholpen door de lijst van gekochte agenten door te spelen aan de Engelse vriend. Dat maakte het allemaal iets gemakkelijker.

Er stonden meer namen op de lijst dan de Brit verwachtte. Een zorgelijke ontwikkeling.

Nu stonden ze op het terrein en een van de agenten maakte ruzie met een Morris broer.

Ze hadden niet verwacht dat het makkelijk zou worden om binnen te komen. Maar verder als de broer zagen ze niemand.

Het was erg rustig. Idioot rustig. Verontrustend rustig.

Dave had er ineens genoeg van en stapte uit de bus met geblindeerde ramen.

Dean staarde hem in stomme verbazing aan. ‘Jij kan hier niet zijn, ik heb je net vermoord’

Hij sloot zijn mond met een klap. Dat was hem ontglipt.

‘Dat is alles wat ik wilde weten’ zei de chauffeur van de bus en lichtte Dean behendig beentje, rolde hem op zijn buik en had de handboeien om voor Dean van verbazing was bekomen.

Dat is weer een minder, dacht Dave, waar is Bo?

Hij rende met een lichte snelle onhoorbare pas het gebouw in. Boris snelde hem achterna.

Dave keek snel om zich heen en inspecteerde de kamers bij de ingang. Niemand.

Hij liep verder en sloop de kamer in waar Levi en zijn nieuwe vrouw een bijzonder stilleven boden.

Wat the fuck, dacht Dave. Wat is hier gebeurd? Zou Bo? Hij begon een vermoeden te krijgen. Hij had geregeld met Bo getraind en hij wist wat ze kon, zeker na alle gemene trucjes die Drake haar geleerd had. Hij liep zachtjes verder.

Hij hoorde een hoop lawaai uit een kamer komen, er werd op de deur geramd. Hij bekeek de deur en zag een afgebroken sleutel. Grondig, zei hij tegen zichzelf. Heel grondig. Ik ben heel trots op dat kleintje als ze dit geflikt heeft. Hij grinnikte zachtjes.

Boris knikte goedkeuren en liep de andere kant op, verder het gebouw in.

Dave sloop verder en was nog niemand tegen gekomen. Hij kwam bij een deur die niet op slot zat, maar ook niet open wilde. Wat een vreemd pand. Geen camera's, deuren van gewone kamers die op slot kunnen, deuren die niet op slot kunnen en toch niet te openen zijn. Hij schudde zijn hoofd.

Hij hoorde ineens een gefluister achter hem.

‘Drake’ fluisterschreeuwde Bo en lanceerde zich in Daves armen toen hij zich omdraaide.

‘Sorry’ fluisterde hij, voor ze hem kon kussen ‘verkeerde broer, maar hij maakt het goed, hij moet nog even in het ziekenhuis blijven.’

Bo sprong weer naar beneden en zei zachtjes

‘Heb je een telefoon bij je, om de politie te bellen?

‘Politie staat buiten, hoezo? Dave keek een beetje verontrust.

‘Ik heb hier een heleboel vermiste personen denk ik,’ zei ze en gaf een bevel naar de deur

‘Doe open, ik ben het.’

Meghan opende de deur en schrok toen ze Dave zag, ze probeerde meteen de deur weer te sluiten.

‘Niks aan de hand, dit is mijn zwager’ zei Bo trots en wees naar de vrouwen.

‘De politie gaat dit enorm interessant vinden, denk ik’

Dave keek om zich heen en zag de mannen in de cellen, de meeste nog niet herstelt van de klap die ze van Bo hadden gehad, de vrouwen, allemaal vermagerd en vervuild en de kinderen die angstig achter de volwassen wegkropen.

‘Dat denk ik ook’ zuchtte Dave. Hij had hier niets meer te doen. Bo had alles al gedaan.

 

De politie bleek het inderdaad erg interessant te vinden, en nam alle vrouwen eerst mee naar het ziekenhuis. Bo wist zich aan onderzoek te onttrekken en ging op zoek naar Drake.

Toen ze hem eenmaal gevonden had smoorde ze hem zowat. Zo blij was ze dat hij oké was. Ze had zich enorm opgewonden over wat haar ex stiefbroers hem hadden aangedaan.

Ze bleef hem knuffelen en Drake genoot er volop van.

Drake fluisterde in haar oor

‘Dave heeft me verteld wat je gedaan hebt, ik ben zo ongelofelijk trots op je, ik heb er geen woorden voor. Ik hou van jou. Ik ben geen romantisch mens, ik zou niet weten waar ik moest beginnen, maar wil je met me trouwen, alsjeblieft?’

‘Natuurlijk’ zei ze blij.