Hoofdstuk 10
De telefoon ging en Kevin nam op. Hij had net de luchthaven verlaten en was onderweg naar zijn hoofdkwartier. Hij had de notaris aan de telefoon, die verontwaardigd was dat hij zo verschrikkelijk in moeilijkheden was gebracht door zijn broers.
Geschokt hing hij de telefoon weer op. Zijn broers gearresteerd, Levi ook. Twaalf van zijn mannen onbruikbaar. Zijn handelswaar verdwenen naar het ziekenhuis. Zijn verzamelstation opgedoekt.
Hij reed naar de stad en dook een kroeg in. Hij moest een borrel en even nadenken.
Dit was een grote klap, ze waren hem op het spoor.
Zijn handel was gevonden en naar het ziekenhuis gebracht. Geen kans dat hij ze terug zou kunnen halen. Ontevreden klanten. Hij had bericht gehad van zijn advocaat over de mishandelingen van Bo in haar jeugd. Er was daadwerkelijk een aanklacht opgesteld.
De waslijst werd langer en langer. Bo had heel wat werk veroorzaakt. Dat moest stoppen.
Na een poosje nagedacht te hebben belde hij een nummer. Na een poosje werd de telefoon opgenomen.
‘Brown’
Drake was weer ontslagen uit het ziekenhuis.
Hij schaamde zich dat hij zich zo had laten overvallen. Bo plaagde hem er maar niet mee, het was een teer punt.
Voor de notaris was een vervanger gevonden. De man was, na zijn arrestatie, meteen gaan praten.
Hij was uiteindelijk geen geharde crimineel, maar gewoon bezweken voor het geld.
Het zou nog wel een paar weken duren voor de papierhandel rond was. Er lag wel een verzoek van de familie van haar biologische vader voor een ontmoeting, maar Bo zag daar helemaal niets in.
Bo was van plan om meteen na het aanvaarden van de erfenis, het geld over te dragen aan zijn familie. Verder wilde ze er niets mee te maken hebben.
Na een telefoontje van haar Italiaanse mentor, besloten Bo en Drake om die kant op te gaan.
Marianus had een speciaal glas nodig en Bo wilde Drake graag aan ze voorstellen. Marianus en Sofia kwamen wat Bo betreft het dichts bij familie.
Zo gezegd, zo gedaan. Ze liftten mee met het privé vliegtuig en landde in Rome in een tussenstop voor Dave weer terug vloog naar huis. Hij liet Boris bij hen achter, gewoon voor het geval dat.
Ze stapte met zijn drieën in de gehuurde wagen. Mariah had daar voor gezorgd en dus was het een grote. Zelfs Boris paste erin. Het vliegveld van Rome lag een stukje buiten de stad, dus was het niet nodig om de stad in te rijden, Marianus en Sofia woonden ook buiten de stad. Na een uurtje rijden kwamen ze op de weg die naar het huis voerde. Het was een smalle flink overgroeide weg. Boven het huis was een uitkijkpunt waar je de hele dal kon overzien. Het was Bo’s favoriete plekje en ze wilde het heel graag laten zien aan de mannen.
Ze dirigeerde Boris een zijweg in, die naar het uitkijkpunt leidde. De weg kronkelde naar boven.
Ze stapten uit en keken een beetje rond. Bo vond het heerlijk daarboven en ademde diep in. Het uitkijkpunt had zicht op het huis van Marianus en Sofia van bovenaf.
Verder kon je kilometers over het glooiende landschap kijken. Het was heerlijk weer en de zon scheen nog niet te warm. Ze wees verschillende punten aan in het landschap en vertelde daar verhalen over, zo een beeld schetsend van de jaren die ze daar had doorgebracht. Het waren gelukkige jaren geweest.
Haar blik viel op het huis van Marianus. Het was een ruim huis van één verdieping. Ze keken uit op een overdekt terrasje en de achterdeur en een deel van de zijkant van het huis. Het terrasje was overwoekerd door druivenranken en ze kon vanaf deze hoogte de onrijpe druiven niet zien. Grote ramen keken uit over de achtertuin. Bo wist dat dat de ramen van de grote keuken waren. Verder lagen er slaapkamers aan de achterkant van het huis. De gordijnen waren dicht, vreemd.
Achter het huis lag een grasveld, Marianus grote trots, omzoomd door een border met bloemen en grote keien.
Ze kneep haar ogen dicht en keek beter. Vreemde auto’s, twee stuks, stonden achter het huis geparkeerd.
Marianus zou uit zijn dak gaan als hij dat zag. Auto’s in zijn heilige grasveld. Ze waren dwars door een bloemperk geploegd. Een doodzonde.
Bo glimlachte bij die gedachte. Ze keek nog eens beter en zag allerlei zaken die haar nekhaar overeind lieten gaan. Auto’s op het grasveld, uit het zicht als je vanaf de weg kwam.
De werkplaats van Marianus lag tegenover de achterdeur aan de overkant van het grasveld, ze kon nog net de deuren zien.
De werkplaats was dicht en die was altijd open om deze tijd. Marianus werkte zeven dagen per week en iedere ochtend om zes uur opende hij de grote deuren. Iedere avond om zes gingen ze weer dicht. Alleen als het sneeuwde bleven ze dicht. Marianus hield van de routine, het was belangrijk voor hem.
Bo keek op haar horloge, half elf, koffietijd. Normaal zouden Marianus en Sofia op het terras zitten met hun leerling en koffie drinken. Nu was er niemand. Hun auto stond wel op de gebruikelijke plek. Het huis was rustig en stil. Heel erg stil.
Bo greep Drake's hand en liet hem stuk voor stuk de dingen zien die haar verontrustte. Drake fronste zijn wenkbrauwen en dacht even na.
Hij overlegde met Boris. Ze keken de steile helling af en besloten dat ze die wel konden af dalen. Ze konden dan misschien eerst kijken of alles wel veilig was voor ze zich ergens in zouden storten.
Spike lag aan het strand en dacht aan niets. Hij had zijn lange gespierde lijf uitgestrekt in het zand en genoot van de warme zon. Zijn telefoon ging en hij keek wie dat was.
Brown, zag hij. Bah. Hij wilde niet met die man praten, maar hij had ook niet verteld dat hij met pensioen was. Zuchtend nam hij op.
‘Ja’ zei hij nors.
‘Ik heb een klus voor je’ zei Brown
Spike dacht snel na. Het was misschien wel interessant om te weten wie er nu weer dood moest.
‘Wie’ vroeg hij kortaf.
‘Bo Davies, Drake Morgan. Ze zitten in Londen op het moment en gaan naar Rome. Ik stuur je het adres’
Spike had acuut de pest in, er werd zonder meer van uit gegaan dat hij de klus zou aannemen.
Als een hond die gecommandeerd werd. Zijn telefoon piepte. Het adres.
‘Ik werk niet meer en ik lig aan het strand met een mooi wijf, dus zoek iemand anders.’ bromde Spike narrig.
Het was niet waar van die vrouw, maar wie zou dat controleren.
Hij had jaren in de criminele wereld doorgebracht. Hij was daar als jonge knul ingerold en hij was er spuugzat van.
Hij moest zichzelf bekennen dat hij bewondering had voor de mensen van Safe Haven.
Ze zorgden voor elkaar, zonder voorwaarden en Spike volgde ze al een poosje.
Sinds de val van DelMonte DelMonte was hij geïnteresseerd in Safe Haven en de mensen die daar woonden. Hij betrapte zichzelf erop dat hij niet wilde dat hen wat overkwam.
Hij dacht dat als er zoiets was geweest als Safe Haven toen hij jong was, hij niet zo rot terecht zou zijn gekomen.
Daar kwam nog eens bij dat hij een gruwelijke hekel had aan Ronald Brown.
‘Het is een contract, graag of niet. Je wilt me niet teleurstellen’ gromde Brown.
‘Laat me met rust’ Spike stem klonk koud ‘als ik nu overeind kom en mijn spullen pak, kom ik achter jou aan en niemand anders. Is dat duidelijk? Annuleer het contract.’
Spike hing op en zuchtte diep.
Brown heeft gelijk, dacht hij, er bestaat niet zoiets als pensioen. Hij hees zijn lijf overeind en verzamelde zijn spullen en verliet het strand.
Bo, Drake en Boris daalde langzaam en voorzichtig de helling achter het huis van Marianus af. Grote rotsblokken lagen op de helling en zorgden voor voldoende bescherming om ongezien achter de werkplaats te kunnen komen.
Toen ze dichter bij kwamen zagen ze een man liggen achter een rotsblok met een geweer in zijn handen en al zijn aandacht gericht op de weg. Hij was zo geconcentreerd op de weg, dat hij Drake niet hoorde aan komen, al maakte Drake bijna geen geluid.
Drake zette een voet in zijn nek en pakte het geweer uit zijn handen. Hij richtte de loop op het achterhoofd van de man. De man onder zijn voet verstijfde helemaal.
Boris haalde een tyrap uit zijn broekzak en bond de handen van de man achter zijn rug.
Drake keek hem met opgetrokken wenkbrauwen aan en Boris haalde verontschuldigend zijn schouders op. Hij had altijd wel van dat soort dingen in zijn zakken zitten.
De zakken van zijn cargobroek waren niet voor de sier, maar werden volop gebruikt.
Hij had geleerd in zijn leven overal op voorbereid te zijn en niet te vertrouwen op tassen of koffers. Die hadden altijd de neiging om kwijt te raken was zijn ervaring. Hij droeg zijn inboedel liever bij zich.
De man op de grond zoog zijn longen vol om een waarschuwende kreet te geven, maar Drake porde met het geweer stevig tegen zijn achterhoofd. De man blies weer uit en ontspande.
Drake keek naar Boris en trok zijn wenkbrauwen weer op. Een hele conversatie werd op die manier gehouden en Bo bekeek de twee mannen met grote interesse.
Bijzonder dat ze elkaar begrepen.
Boris haalde een rol ductape uit een andere zak en plakte een stuk voor de mond van de sluipschutter. Ook plakte hij zijn voeten aan elkaar. Tevreden kwam hij weer overeind en stopte de rol terug in zijn zak. Bo vroeg zich af, wat hij allemaal nog meer in zijn zakken had zitten.
Voorzichtig naderden ze het huis aan de achterkant. De achterdeur was op slot. Bo keek om zich heen en tilde een grote steen op en pakte de sleutel die daar verstopt lag.
Ze gaf hem aan Drake. Drake gebaarde met de sleutel naar de deur en trok zijn wenkbrauwen weer vragend op. Piepte of kraakte de deur begreep ze uit zijn blik. Ze haalde haar schouders op en schudde nee. Vroeger niet, nu was onbekend. Ze was hier al een tijd niet meer geweest. Drake knikte begrijpend. Stil stopte hij de sleutel in het sleutelgat en draaide voorzichtig de deur van het slot.
Boris gluurde ondertussen door de ramen naar binnen. Hij keek een grote keuken in, maar daar was niemand. Hij schudde zijn hoofd naar Drake en Drake opende zachtjes de deur.
Ze slopen naar binnen. Er was niemand in de keuken, maar ze hoorden wel stemmen verderop in het huis.
‘Huiskamer’ fluisterde ze in Drakes oor.
Hij knikte.
Ze slopen verder. Drake voorop, Bo in het midden en Boris achteraan. In het midden van het huis liep een gang van de keuken aan de achterkant naar de voordeur aan de voorkant. Aan weerzijde lagen kamers. Links lag de huiskamer en rechts was de eetkamer, het dichtst bij de keuken en verderop, de werkkamer van Sofia. Een zijgang links leidde naar de twee slaapkamers. Bo sloop links af naar de slaapkamers. Ze was van plan om de slaapkamers te inspecteren, ze hoopte haar mentor daar te vinden. Ze gebaarde naar Drake en hij knikte.
De stemmen kwamen uit de huiskamer. Het waren mannenstemmen. Het waren niet de stemmen van Marianus en Sofia.
Boris en Drake liepen zachtjes verder. Drake wilde Bo niet uit het oog verliezen, maar ze had al bewezen dat ze best voor zichzelf kon zorgen. Wee degene die haar zou aanraken.
Ze sloop verder het gangetje door en opende de deur van de kleinste slaapkamer.
De kamer was leeg en ze sloot de deur weer zachtjes.
Ze luisterde aan de deur van de grootste slaapkamer, maar hoorde niets. Ze opende zachtjes de deur en keek naar binnen.
Op het bed zag ze twee bulten en voor het bed zat een man in een stoel met een wapen in zijn hand. De hand lag ontspannen in zijn schoot en het wapen viel bijna uit zijn vingers. Zijn hoofd knikte naar voren. Het wapen begon te glijden.
De man schokte wakker en probeerde het wapen nog te grijpen, maar het viel met een doffe plof op de grond.
Hij boog zich voorover om het op te rapen.
Bo danste lichtvoetig door de slaapkamer, ze overbrugde geluidloos en snel de paar meter. Ze had het goed getimed, en ze was bij hem toen hij weer overeind kwam.
Ze trapte hem hard tegen zijn hoofd en hij sloeg tegen de grond.
Voor hij een kik kon geven had hij de volgende trap te pakken tegen zijn strottenhoofd.
Hij haalde hijgend adem en verloor zijn bewustzijn.
Ze deed de kledingkast open en pakte een paar stropdassen.
Ze bond de handen van de bewusteloze man achter zijn rug, bond zijn voeten vast en bond een stropdas voor zijn mond.
Voorzichtig naderde ze de bulten op het bed. Bang voor wat ze zou aantreffen.
Ze dacht niet dat ze dood waren, anders hadden ze geen bewaker nodig gehad. Maar toch. Ze waren ook de jongsten niet meer.
Marianus en Sofia lagen met ductape omwikkeld op het bed.
Ze zag twee paar angstige ogen en ze begonnen beide te mompelen en te wriemelen.
Bo drukte haar vinger tegen haar lippen om ze tot stilte te manen. Beide mensen werden weer stil.
Ze begon aan de tape te peuteren, maar kwam al snel tot de conclusie dat ze dan uren bezig was. Ze liep de badkamer in, op zoek naar iets scherps.
In de badkamer vond ze een nagelschaartje. Ze begon aan de ductape te zagen en te knippen van Marianus en al snel had hij zijn handen los.
Ze ging verder met zijn voeten, terwijl hij de tape voor de mond van zijn vrouw begon weg te peuteren, voordat hij het van zijn eigen mond weghaalde. Haar neus was verstopt geraakt en haar ademhaling klonk heel benauwd.
Toen de tape weg was haalde ze diep en opgelucht adem. Ze opende haar mond om iets te zeggen, maar Marianus legde een vinger op haar lippen om haar tot stilte te manen. Ze sloot haar mond weer.
Marianus nam het schaartje over van Bo en begon zijn vrouw te bevrijden. Bo keek om zich heen en bedacht waar ze het stel in veiligheid moest brengen.
Naar buiten was geen optie.
Ze wist niet wie er buiten nog rond liep, ze hadden niemand gezien, maar dat wilde niet zeggen dat er niemand was.
Ze besloot ze in de grote kast te verstoppen en een vals spoor achter te laten.
Ze gebaarde naar de kast en de beide oude mensen kwamen moeizaam van het bed af. Ze waren stijf geworden van de tijd dat ze vastgebonden op het bed hadden gelegen.
In de kast schoof ze een stapel koffers naar voren en gebaarde naar de ruimte die zo ontstaan was. Beide mensen kropen erin en ze schoof de koffers zo ver mogelijk terug. Ze opende het raam en schoof de gordijnen een stukje open, alsof er iemand door geklommen was.
De bewusteloze man schoof ze met veel moeite onder het bed en ze trok de sprei een stukje omlaag zodat hij niet meer zichtbaar was. Tevreden over haar werk keek ze om zich heen.
De kamer leek leeg en ongebruikt.
Ondertussen waren Drake en Boris door de gang richting de huiskamer geslopen.
Boris had in de eetkamer gegluurd, die was leeg. Ook de werkkamer van Sofia was leeg, maar was volledig over hoop gegooid.
De stemmen klonken nog steeds uit de huiskamer. Ze spraken Italiaans, zodat Drake er niets van verstond. Boris kreeg er wat meer van mee, maar hij had dan ook gediend in het vreemdelingenlegioen als huursoldaat en had heel wat Italiaanse collega’s gehad.
De mannen in de kamer vroegen zich af waar hun slachtoffers bleven.
Ze konden ze niet op de passagierslijsten vinden en wisten dan ook niet zeker of we wel kwamen. Ze konden niet eeuwig in dit huis blijven.
De eigenaar was een bekende, zo niet beroemde kunstenaar en restaurateur en ze verwachtten niet dat zijn verdwijning lang onopgemerkt zou blijven.
Ze waren niet erg blij met deze opdracht en kibbelden.
Beiden hadden een hekel aan Brown en ze discussieerden over of het mogelijk was om de opdracht terug te geven en Marianus weer vrij te laten en hun excuses aan te bieden.
Ze kregen steeds meer ruzie onderling en de sfeer werd alsmaar slechter. Dit was normaal gesproken hun stiel niet en ze hadden er dan ook grote moeite mee.
Moord was niet hun manier van zakendoen. Afpersing was meer hun ding.
Ze waren bang voor Marianus, ze waren goed op de hoogte van zijn familieverbanden en connecties en vreesden voor wraak.
Ook zijn vrouw was niet ongevaarlijk, ze leken een rustig en beschaafd echtpaar, maar ze hadden beide familieleden die erg gevaarlijk waren.
Hoe langer het duurde, hoe nerveuzer ze werden, hoe meer spijt ze kregen.
Er waren twee mannen in de kamer en ze ruzieden de hele tijd en gaven elkaar de schuld van de ellende waar ze in beland waren.
Drake en Boris keken elkaar aan en Boris haalde een wijsvinger over zijn keel.
Drake knikte en hield drie vingers omhoog en wees daarna naar links en op zichzelf.
Boris knikte en stak zijn duim omhoog.
Beide mannen liepen snel en stil de kamer in, Drake liep op de linkerman af en sloeg hem in zijn nek.
De man wankelde, maar viel niet. Hij begon zich om te draaien en pakte zijn wapen om op Drake te richten.
Drake plukte het wapen zonder meer uit zijn hand en de verbaasde man liet los.
Drake haalde uit met zijn andere hand en raakte de man vol op zijn neus. De man zakte door zijn benen en viel voorover op de grond.
Drake zette een knie tussen zijn schouderbladen en keek hoe het met Boris ging.
Boris schoot op de rechter man af, hij stond met zijn gezicht naar Boris toe en zag hem aan komen.
Hij begon met het trekken van zijn wapen en opende zijn mond om wat te zeggen.
Boris pakte hem bij zijn pols met het wapen en begon te draaien. Hoe verder hij draaide, hoe verder de vingers van de man zich opende, het wapen viel op de grond en Boris schopte het opzij.
Hij rukte de man naar zich toe en pakte hem op als een lappenpop.
Met zijn andere hand greep hij de mans keel en begon te knijpen.
De man maakte een gesmoord geluid en hing hulpeloos met zijn voeten een stukje boven de grond.
Boris keek naar Drake en groef in zijn zak naar de ductape.
Hij gooide de rol naar Drake en concentreerde zich weer op de man in zijn handen.
‘Hoeveel mannen heb je hier’ fluisterde hij in Italiaans met een zwaar accent.
Hij wist in deze gevallen nooit zo goed welke taal hij moest spreken. Verwarrend vond hij dat.
De man schudde zijn hoofd en zei niets.
Boris schudde man eens door elkaar en kneep een beetje harder.
Ondertussen was Drake klaar met het vastplakken van zijn mannetje.
Hij keek toe hoe Boris de man in zijn grote handen door elkaar schudde.
‘Misschien moet je hem wat lucht geven?’ fluisterde Drake.
Boris keek naar de blauw aangelopen man en haalde zijn schouders op.
Hij ontspande zijn hand iets en de man haalde schokkend adem.
‘Vijf’ fluisterde hij, ‘we zijn met vijf’
Drake telde snel, één op de berg, twee hier, dan mis ik er nog twee.
Drake gebaarde naar de slaapkamers en sloop weer weg om Bo te zoeken.
Hij kwam haar tegen in de gang. Ze fluisterde dat er één man onder het bed was vastgebonden en dat haar mentor en zijn vrouw verstopt waren in de kast.
Drake fluisterde terug dat er nog één man los rond liep.
Ze hoorden gerommel in de keuken, Drake keek om de hoek en zag een man de koelkast inspecteren voor wat eetbaars. Hij draaide zich om naar de keukentafel en gooide boter en beleg op tafel. Hij rommelde wat in de besteklade om een mes te vinden.
Bo klopte op Drake’s rug en wees naar de voordeur.
Ze huppelde stil door de gang en Drake keek haar bewonderend na. Ze leek ervan te genieten. Hij was zo gek op dat meisje.
Bo deed voorzichtig de voordeur open en knalde hem weer dicht.
‘Marianus?’ brulde ze door de gang. ‘Sofia?’
De man in de keuken snelde naar de keukendeur en gluurde om het hoekje om te zien, wie er riep.
Drake greep hem bij zijn oor en sloeg hem met zijn hoofd tegen de deurpost. Hij zakte door zijn knieën en voordat hij het wist lag hij vastgebonden op de grond.
‘Zo, dat zou het moeten zijn’ zei Drake zachtjes. ‘Laten we er maar niet op vertrouwen.’
Spike had ondertussen het huis ook bereikt en bestudeerde de boel. Hij had aan het strand liggen denken aan het huis en de opdracht. Het strand waar hij lag, was er helemaal niet zo ver vandaan.
Hij kon wel eens polshoogte gaan nemen en had het strand verlaten.
Er waren mannen in het huis verwachtte hij.
De vraag was als altijd hoeveel ze er gestuurd hadden. Hoe gevaarlijk werden ze ingeschat. Die kleine brunette was niet voor de poes, hij had haar al een paar keer een grote vent zien vloeren, zonder enig moeite.
Hij had bewondering voor mensen die het niet snel opgaven en zij leek er zo één.
Spike zag een man door de ramen kijken en naar een raam lopen wat geopend was. Hij klom naar binnen.
Spike liep er achter aan en keek door het geopende raam naar binnen.
Hij zag de brunette de slaapkamer binnenkomen en naar de kast lopen.
Ze liep de grote inloopkast binnen en verdween.
Hij zag de man achter haar aan de kast insluipen en besloot ook door het raam naar binnen te klimmen.
Hij liep zachtjes de slaapkamer door en hoorde een gevecht losbreken.
Hij zag dat de man de veel kleinere vrouw een vuistslag in haar gezicht verkopen, ze probeerde het wel te ontwijken, maar ze had de ruimte niet in de benauwde kast.
De vuist schampte langs haar gezicht.
De man haalde uit met een mes en raakte haar bijna. Ze wist hem te ontwijken door zijdelings weg te draaien en ging onmiddellijk in de aanval.
Ze draaide om haar as en op het moment dat ze de ruimte kreeg tilde ze haar rechterbeen op en deelde een trap uit. Ze schopte hoog, maar richtte niet op het mes. Ze richtte op de zijkant van zijn keel. Ze schopte over het mes heen en raakte hem vol.
Hij wankelde achteruit en liet het mes vallen om zijn hand op zijn keel te leggen.
Ze had hem hard op zijn adamsappel geraakt en hij kon geen lucht naar binnen krijgen.
Spike stond in de deuropening en keek naar de kleine vrouw, die een man te grazen had genomen, die een kop groter was dan zij, in een besloten ruimte van een kast terwijl ze door hem verrast werd. Allemaal dingen die in haar nadeel werkte.
‘Goed gedaan, kleine tijger’ zei hij.
Bo schrok zich rot bij het horen van de stem en keek naar de man die daar stond.
Hij was lang en gespierd, atletisch gebouwd. Hij had zwart haar en zwarte ogen, maar was weinig opvallend. Hij had iets bekends.
Hij had een rechte neus met wat sproetjes erop en een strakke elegante kaaklijn.
Hij had op dit moment geen dreigende uitstraling
‘Wie ben jij dan?’vroeg ze een beetje ademloos.
‘Ik ben niemand’ zei hij, wendde zich naar de hijgend man en draaide zijn nek om. Zijn nek brak met een krakend geluid.
‘Ik had kunnen weten dat je mijn hulp niet nodig had, je bent zelf mans genoeg’
Spike draaide zich om en verliet de kast, klom weer uit het raam en verdween tussen de rotsen.
Bo bleef verbaasd en geschokt achter met het lijk van de onverwachte aanvaller.
Ze draaide zich om en voelde haar maag draaien. Ze haalde diep adem en trok de stapel koffers naar voren en hielp het oudere echtpaar overeind.
‘Het spijt me van je kast’ zei ze met een bibberig stemmetje. Ze kon niet begrijpen wat er nu precies gebeurd was. Wie was die vent?
‘Het spijt mij niet’ zei Marianus, ‘Wat een dag is dit zeg’ en hij greep de hand van zijn vrouw en hield haar stevig beet.
Drake had niets meegekregen van wat er in de slaapkamer was gebeurd, maar toen hij de dode man zag kreeg Bo een verhoor voor haar kiezen.
Drake en Boris wilde alles precies weten, van alles wat de man gezegd tot hoe hij eruit had gezien.
Bo vertelde alles wat ze wist en Marianus vulde aan wat Bo had gemist.
Drake maakte zich zorgen over die man, ook al had hij Bo een compliment gegeven en had hij haar niet bedreigt, hij had zonder met zijn ogen te knipperen een man zijn nek omgedraaid.
En hij was weer spoorloos verdwenen.
Drake belde Phil om hem bij te praten en Mariah besloot een verslag van het gebeurde en een persoonsbeschrijving aan Ghost door te spelen.
De volgende dag waren ze weer een beetje bijgekomen. Bo en Marianus besloten zich die dag met glas bezig te houden. Om een beetje te ontspannen.
Ze waren allemaal blijven logeren om elkaar wat beter te leren kennen.
Drake vond het een ongelofelijk aardig stel en Boris voelde zich al aardig thuis bij Sofia in de keuken.
Ze bekeek het glas wat Marianus nodig had en haalde haar receptenboek erbij.
Marianus had zijn eigen boek er al bij gehaald, maar was er niet uitgekomen.
Met alle rode kleuren zat hij er net naast, te bruin, te oranje, te fel, niet fel genoeg, te licht of te donker.
Bo besloot om het op dezelfde manier aan te pakken als ze in haar eigen werkplaats had gedaan met groen en een soort proef te maken met een verschuiving van de ingrediënten om één soort rood te maken in verschillende tinten. Dat had uiteindelijk goed gewerkt en ze had de proef aan receptenboek toegevoegd.
Eerst moesten ze de leeftijd van het glas bepalen, zodat ze wisten welke methode van vlak glas maken ze moesten gebruiken.
Ze ging met Marianus aan het werk. Ze zetten de bakken klaar en stookte de oven heet. Drake hield zich op de achtergrond, hij keek toe terwijl hij de omgeving in de gaten hield.
Buiten op de rots boven de werkplaats, net onder het uitkijkpunt zat Spike, met een groot geweer naast zich op de uitkijk. De aanslag was dan wel mislukt, maar hij dacht niet dat het daarmee gedaan was.
Er was een groot bedrag uitgeloofd om die twee te vermoorden, hij had besloten dat hij dat kleine vrouwtje te leuk vond om te doden en hij wilde haar liever in leven houden.
De man kon hem niet veel schelen, maar de vrouw leek op hem gesteld, dat redde wat hem betreft dan zijn leven, voor nu.
Maar die vrouw vond hij mateloos interessant. Hij begreep niet zo goed hoe, maar ze leek iets in hem te roepen.
Hij had haar naam, hij zou later wel eens uitzoeken wie ze precies was. Van Drake wist hij wie het was. Hij vond die twee erg goed bij elkaar passen.
Boris had hem zien zitten vanuit de keuken. Hij klom zachtjes omhoog en maakte daarbij een kleine omweg. Hij was er niet op uit om de man te bezeren, maar hij was wel nieuwsgierig. Hij zat er duidelijk met een doel, maar hij had al lang en breed iedereen kunnen doodschieten en hij had dat niet gedaan. Wat was zijn doel dan wel.
Hij benaderde Spike van achteren. Hij schoof naast hem op de richel en keek Spike aan.
Er speelde zoiets als een glimlach om zijn lippen. Dat was bijna het verste wat Boris kwam met een glimlach. Of hij lachte bulderend of hij lachte niet.
Spike keek hem aan, hij was geschrokken, maar wilde dat niet laten merken. Hij had de nadering van Boris niet gemerkt.
‘Ik denk dat wij even moeten praten’ zei Boris zachtjes.
‘Dat denk ik ook’ antwoordde Spike op even zachte toon.