Safe Haven
Ariënne Eekhof
Boek 2
Ik ben de Wraak
Hoofdstuk 1
Godzijdank, ik heb die kleine bitch gevonden.
Hij zat in het vliegtuig en keek naar het krantenbericht op zijn telefoon en daar was ze.
Het was een juichend artikel over de restauraties van de glas in lood ramen in de kathedraal van de stad waarheen hij onderweg was.
Wie had kunnen weten dat dat mens zoveel geld zou erven van die achterlijke vader van haar. Ze had het niet eens geweten. En nu wilde ze het niet hebben.
Had je ooit zoiets stoms gehoord? Het was een enorme toer geweest om haar weer terug te vinden. Het had al maanden geduurd voordat ze door hadden dat ze was vertrokken.
Ze dachten dat ze nog examen moest doen, ze hadden zich enorm stom gevoeld toen ze erachter kwamen dat ze dat al een jaar eerder hadden gedaan. Ook daarvoor zou ze er van lusten. Maar nu wist hij waar ze uithing, zou hij haar wel van overtuigen dat ze het geld wel moest aanvaarden.
Hij zou zijn begerige handen er wel op weten te leggen. Het ging om fortuin
Drake hing onderuit aan de bar in ‘The Golden Coin’ en verveelde zich dood.
Het was goed te zien dat het kroegje recent was opgeknapt. Alles zat keurig in de verf en het was er brandschoon. Het was er drukker dan hij het ooit had gezien. Dat was wel eens anders geweest. Het kroegje lag in het vervallen wijkje Markerton Bay bij het industrieterrein terrein Safe Haven.
Het industrieterrein was net zo vervallen geweest als het wijkje, maar met de komst van White Hat Interventions en Morgan Security was alles in de lift gekomen. Er werd stevig gebouwd en gerenoveerd en dat was aan alles te zien. Het wijkje kwam weer tot leven.
Drake was net terug van een missie in Frankrijk en kon zijn draai niet goed vinden.
Hij was daar een paar maanden geweest om op een filmsterretje te passen, ze had een stalker en was doodsbang. Maar ze hield ook van het drama wat het met zich mee bracht en ze was verwend geweest, tot op het bot.
Ze had hem voornamelijk als bediende behandeld, behalve als ze iets meer van hem wilde. Hij had beleefd geweigerd en ze was witheet geweest. Ze had constant geprobeerd hem te verleiden en naarmate ze vaker nul op het rekest had gekregen was ze onuitstaanbaarder geworden. Het was een hel geweest.
Hij was gebleven totdat de film klaar was en was daarna opgelucht naar huis gegaan.
Nu was hij hier en voelde een onrust, die hem onbekend was.
Hij keek naar het biertje in zijn hand en dacht dat er iets moest veranderen in zijn leven. Maar wat? Hij had geen idee. Hij nam een slok uit het flesje.
Hij had gedacht dat missies in het buitenland wel iets voor hem zouden zijn, hem zouden afleiden van zijn walgelijke gelukkige tweelingbroer.
De waarheid was, dat hij een beetje jaloers was op zijn broers.
Hij wilde wat zij hadden. Niet de vrouw in kwestie, dat niet.
Drake was erg gesteld op zijn nieuwe schoonzussen, maar niet verliefd. Dat was het niet.
Zijn broer was hopeloos verliefd op zijn vrouwtje.
Maar dat was wat hij wilde, niet weer naar het buitenland op een of ander verwend sterretje passen. Hij haatte dat werk en hij nam zich voor om het dan ook niet meer te doen.
Hij besloot met Phil te praten, morgen.
Voorlopig wist nog niemand dat hij weer terug was. Zijn tas lag nog in zijn truck en hij was eerst hier gestopt voor hij naar huis ging.
Een enorme herrie bereikte hem. Gestoord in zijn gedachten keek hij om.
Een boom van een kerel schreeuwde tegen een vrouw ongeveer de helft van zijn omvang. Hij had blond haar tot op zijn schouders en maakte een beetje onverzorgde indruk.
Hij was dan wel groot, maar ook dik. Hij had een buikje en zag er zacht en ongespierd uit.
Drake ging oplettend overeind zitten en keek wat de herrie te betekenen had.
De man schreeuwde weer tegen het vrouwtje, hij was donker rood in zijn gezicht.
‘Je moet met me terug naar huis, er zijn belangrijke zaken te bespreken’ brulde hij ongeduldig, ‘Het gaat om veel geld’
‘Ik moet helemaal niets,’ zei het vrouwtje rustig. Zo kwaad als hij zich maakte, zo rustig was zij.
Ze leek niet erg onder de indruk van de bruut die tegen haar stond te brullen.
’Kevin, donder op, ga naar huis en blijf daar. Ik heb helemaal niets meer met jou te maken.’
Ze stak haar neus in de lucht en leek een stuk groter dan ze daadwerkelijk was.
‘Maar we zijn familie’ jankte Kevin, hij trok er zelfs een pruillipje bij.
Het was een onsmakelijk gezicht bij een volwassen vent. Niks schattigs aan. Zijn gezicht werd nog een tintje donkerder.
‘Nee, dat zijn we niet, nooit geweest en dat zullen we ook nooit worden’
Ze draaide zich om en wilde weg lopen.
Kevin legde een grote hand op haar schoudertje en voor hij het wist vloog hij door de lucht en stortte zwaar neer. Ze had hem met een heupzwaai gevloerd.
Recht voor de voeten van Drake.
Voor Drake was het een eitje om een grote voet met een zware laars eraan op Kevins keel te zetten en even te drukken. Hij hoefde niet eens op te staan, hij was altijd even behulpzaam.
Kevin hield acuut op met wriemelen en verstarde.
Drake keek de vrouw vragend aan.
‘Wil je hem terug of zal ik hem voor je buiten zetten’ vroeg hij geïnteresseerd aan haar.
Hij was de rotste niet om even te helpen het vuil buiten te zetten.
Ze keek hem even met een schuin hoofd aan en daarna naar Kevin op de grond.
Kevin was bijna paars aangelopen en hijgde benauwd. Hij probeerde met beide handen de laars van zijn keel te halen.
Gezien het formaat van Drake's laars ging hem dat niet lukken.
Drake was een grote man, met grote handen en grote voeten. Hij had zwart haar, kort aan de zijkanten en wat langer bovenop. Hij had felle blauwe ogen, met een stevige neus en een sterke kaak. Een gespierd lijf maakte het af. Hij barstte zowat uit het shirt wat hij droeg.
‘Nah’ zei ze ‘gooi hem er maar uit’
Drake greep de kerel bij zijn kraag, sleurde hem overeind en sleepte hem naar buiten, duwde hem de stoep op. Hij draaide zich om, met de bedoeling om weer naar binnen te gaan.
De man greep hem bij zijn bovenarm en haalde uit met zijn vuist.
Drake ving de vuist op met zijn kolenschop en wierp de man met een draai over zijn schouder met een klap op het asfalt. Dat was de tweede zware val die hij maakte die avond.
Jackson kwam net aanlopen en bekeek de man met een kennersoog.
Hij schudde meewarig zijn hoofd.
Jackson was de eigenaar van de kroeg en zo’n beetje de patriarch van de wijk.
‘Als hij je buiten smijt zonder noemenswaardige schade, dan heb je mazzel en loop je weg. Dan ga je niet nog es matten. Dan loop je pas echt schade op. Niemand komt je helpen, hoor’ hoofdschuddend liep hij weg.
Drake klopte zijn handen schoon en keek naar de man op de grond. De lucht was uit zijn longen geslagen.
Hij kreunde ‘Ik klaag je aan, ik pluk je kaal.’
Drake haalde zijn schouders op en vertrok weer naar binnen, naar de interessantste vrouw die hij in tijden had gezien.
Ze hing aan de bar op de plek waar Drake net had gestaan. Hij stak zijn hand naar haar uit,
‘Drake Morgan’
Ze pakte zijn hand en hij verbaasde zich over de stevige handdruk. Hij bekeek haar eens wat beter en het beviel hem wat hij zag.
Haar haar was gitzwart met een blauwe gloed erin.
Ze droeg het in een lange, dikke vlecht. De vlecht viel over haar billen en het deed hem zich afvragen hoe het eruitzag als het los was.
Haar ogen waren ook zwart met een glimmertje erin wat niet veel goeds voorspelde. Ze had een fijn gezichtje met een rechte neus met wat sproetjes erop.
Ze was klein, ze kwam net aan zijn schouder en ze zag er fit uit. Ze had het lichaam van een danseres. Ze droeg een zwarte hoodie met lange mouwen, een zwarte spijkerbroek en zwarte laarzen.
Knap, dacht Drake, heel knap.
‘Bo Davies’ zei ze, ‘waarschijnlijk moet ik je bedanken voor de hulp, maar ik had het ook zo wel gered’ ze had absoluut een brutale blik in haar ogen.
‘Dat geloof ik meteen, hij vloog echt met een mooie boog, maar hij landde zowat onder mijn voet en dan is het maar een kleine moeite’ Drake grijnsde. ‘Wat drink je?’
‘Biertje is prima’ zei ze en nadat het biertje op de bar was gezet ‘Op nieuwe vrienden’
Ze klonken de flesjes tegen elkaar en hingen tevreden in stilzwijgen een poosje aan de bar.
‘Wie is hij? Ex echtgenoot?’ Drake was nieuwsgierig.
‘Meer een soort van ex broer’, glimlachte Bo, ‘Ik heb mijn hele familie ontslag gegeven een paar jaar terug en dat vonden ze prima, totdat er geld ter sprake kwam en nu moet ik terug naar het nest.’ ze lachte bitter. ‘Mijn verhaal in een notendop’
‘Je komt niet hier vandaan, hoor ik een Brits accent?’ Drake vond haar alsmaar leuker worden.
‘Geboren en getogen, maar daar woon ik al een paar jaar niet meer, ik ben hier voor mijn werk. Ben jij hier bekend in de omgeving?.’
Ze had dringend informatie nodig en misschien kon hij haar helpen.
‘Zeker niet geboren en getogen, maar ik woon hier alweer een paar jaar, ik weet de weg wel hier. Wat heb je nodig?’
‘Ik restaureer glas in lood ramen en heb een belangrijke opdracht hier gekregen, in de stad, in die grote kathedraal. Ik heb een loods nodig waar ik de ramen op een tafel kan leggen en waar ik kan werken. Alles wat ik tot nu toe heb gezien voldeed niet, allemaal te klein’ ze zuchtte ontevreden.’Die ramen zijn echt gigantisch.’
Drake streek peinzend door zijn haar, nam een besluit en stuurde een tekst naar Mariah.
Mariah trok iedereen na, die op het terrein van Safe Haven wilde komen.
‘Waar logeer je?, ik weet misschien wel iets, maar ik moet eerst met de eigenaar praten. Zal ik je morgen komen ophalen? Dan zullen we zien wat we kunnen doen.’
Bo begon te stralen, hief haar biertje omhoog en zei ‘Daar drink ik op.’
De volgende ochtend haalde Drake Bo op uit haar hotel en reed met haar naar Safe Haven. Bo keek wel een beetje verbaasd over de beveiliging van het terrein.
Maar ze bedacht, dat het veel premie zou schelen om de onbetaalbare ramen te verzekeren.
Een deel van het terrein verkeerde nog in erbarmelijke staat en er werd nog volop gebouwd.
Het was werk in uitvoering.
‘Je moet eerst kennis maken met Mariah, zij is een soort van de baas hier, ze is de vrouw van mijn oudste broer. Zij gaat erover wie hier op het terrein komt en wie niet. Zonder haar toestemming kom je nergens. Ze is een schatje, maak je niet ongerust’
Als Bo niet was, wat ze gezegd had, dan had Mariah wel wat laten horen.
Ze stopte voor een enorm gebouw, gebouwd in een U vorm, met een zware muur tussen de poten van de U. De trap liep met een elegante boog omhoog tussen twee dubbele gemetselde pilaren. Het hele gebouw was van rode bakstenen en de grote gebogen ramen waren onderverdeelt in vakken. Ook de fries langs de dakgoten was gemetseld. Het was een prachtig voorbeeld van industriële architectuur uit het begin van de vorige eeuw.
Boven de muur kwamen boomtoppen uit en ze vermoedde dat daar een tuin achter lag.
Ze reden naar binnen door twee dubbele deuren de parkeer garage binnen.
De parkeergarage stond vol met geparkeerde auto’s.
Drake parkeerde de auto en hield de deur voor haar open. Ze stapten uit en liepen de trap op naar de eerste verdieping.
Boven aan de trap was een balie waar de grootste man zat die ze ooit gezien had.
Hij had een grote mop met blond haar en vriendelijk bruine ogen, een baard van twee dagen gaf hem een ruw uiterlijk. Een haviksneus maakte het af.
Wat geven ze die mannen hier te eten? dacht ze verbaasd, ze had zichzelf nooit als klein beschouwd, maar begon nu van mening te veranderen.
Ze had Drake groot gevonden, maar vergeleken met dit exemplaar was hij bijna een klein jongetje, bijna.
‘Hee, Boris, is Mariah in de keuken of in haar kantoor’ vroeg Drake en gaf Boris een klap op zijn schouder.
Boris grijnsde breed en wees naar de keuken, ‘Manuela is aan het bakken, dus wat denk je?’
‘Keuken, oké’ Drake pakte Bo’s hand en trok haar mee naar de keuken.
Ze probeerde haar hand los te trekken, maar Drake hield stevig vast.
Ze hoorde Boris grinniken.
Dat voelde veel te goed, vond ze en probeerde het nog een keer.
Drake hield haar steviger vast en maakte een afkeurend geluid.
Ze probeerde het niet nog een keer, maar liep gehoorzaam mee.
Ze had hem gemakkelijk kunnen vloeren, maar het voelde het heel plezierig en ze wilde hem geen pijn doen.
In de keuken was het een complete chaos.
Verschillende vrouwen waren druk bezig met koekje en cakes te bakken in een gigantisch grote keuken. Aan een enorme tafel zaten twee vrouwen en twee meisjes. Een van de vrouwen was al ouder, met grijze krullen en een brede grijns. De jongere vrouw had kort zwart haar, wat alle kanten op stond. Zij was eind twintig of zo. Zij lachte al even breed, ze maakte grapjes met de twee meisjes.
De meisjes waren duidelijk een tweeling van een jaar of zeven.
Ze kregen Drake in het oog en vlogen overeind en in zijn armen, aan iedere kant één.
‘Je bent weer terug’ juichten ze.
‘Jouw kinderen? vroeg ze, misschien een beetje teleurgesteld, als er kinderen waren, was er misschien ook een vrouw.
‘Nee,’ lachte Drake ‘ze zijn van Manuela’ hij zette de meisjes weer op de grond, waar ze giechelend weer aan de tafel gingen zitten.
Hij wees een vrouw aan met haar dikke krulhaar in een paardenstaart, die net een plaat met koekjes uit de oven haalde, terwijl ze in rad Spaans praatte met een andere vrouw. Ze kwam aanlopen om Drake een snelle knuffel te geven en snelde weer terug naar de oven.
‘Bo, dit is Mariah’ hij wees naar de jongste van de twee vrouwen aan tafel en daarna op de oudste ‘Oma Julia’
Bo stak haar hand uit, ‘Bo Davies’ en schudde Mariah's hand en daarna de hand van de oudste van de twee.
‘Ga zitten’ zei Mariah, ‘We krijgen zo meteen koekjes, de lekkerste die je ooit geproefd hebt. Ik mag nooit helpen bakken, dat snap ik niet, gelukkig mag ik ze wel opeten.’ Mariah lachte gelukkig.
‘Je mag nooit helpen omdat je geen brand mag stichten in mijn keuken’ zei een stem lachend met een vet Spaans accent.
Manuela zette een schaal met koekjes op tafel en liep grinnikend weg.
Mariah keek onschuldig.
Bo nam een koekje en dat was het lekkerste wat ze ooit gegeten had, ze deed genietend haar ogen even dicht. Drake keek haar met samen geknepen ogen aan. Het was duidelijk lekker.
Hij begon haar steeds leuker te vinden.
‘Je weet waarom Bo hier is?, vroeg hij Mariah, ‘En?’
‘Het is oké, je kan de fabriek laten zien, neem Ben mee, voor als er dingen verandert moeten worden, wat in de kisten zit kan ze gebruiken. En oh, er is plek’
‘Ga je me het nog vertellen?’ vroeg hij met een grijns, hij wist het antwoord al.
Bo verwonderde zich over dit geheimzinnige gesprek.
Ze begreep niet waar het over ging.
‘Nee, neem nog een koekje’ Mariah lachte stralend, haar gezicht lichtte ineens op. ‘Phil, liefje, koekjes’
Phil was de keuken binnen gekomen en Bo hoefde niet te raden dat het een broer van Drake was, de tweeling misschien?
Ze leken zo veel op elkaar. Nee, de oudere broer.
‘Waar is Dave’ vroeg Phil, ‘ach, domme vraag, bij Dinda’
hij lachte vrolijk en gaf zijn vrouw een kus op haar wang. Hij maakte kennis met Bo en probeerde haar hand te schudden, maar Drake had hem vast en was niet van plan om los te laten. Phil grijnsde een beetje verbaast.
Mariah gaf Bo en Drake een koekje en zei ‘Hup,jullie, naar de fabriek.
Ze vertrokken gehoorzaam met in hun hand een koekje, als twee kleine kinderen, hand in hand.